Wat is DAT zalig wakker worden. Rustig kabbelend achter ons anker met uitzicht op het super-Caribische eilandje Marie Galante. We aarzelen niet: Eric ligt als eerste in de Caribische Zee. Niet veel later volg ik en Felix stopt met bellen en neemt een megaduik! Kijk, daar hebben we het ook voor gedaan. Nu kunnen we niet alleen zeggen dat we de Atlantische Oceaan zijn overgestoken, maar ook dat we hier lekker gezwommen hebben.
Vreemd genoeg hebben we allemaal niet supergoed geslapen. Heel andere geluiden weer dan we gewend waren en misschien toch een beetje een jetlag? Ach, het mag de pret niet drukken. We profiteren er van dat we allemaal al op tijd wakker zijn. De mannen klussen de eerste klussen en rond 9:30 uur gaat het anker op. Vanaf vanmiddag heeft Jonathan een plekje in de haven van Guadeloupe weten te bemachtigen. Daar blijft de boot dan even logeren, terwijl hij eind van de week naar huis vliegt om bij gezin te zijn met de feestdagen. De zeilen gaan omhoog. Ja, meervoud deze keer! Er werd al gegrapt dat het instructieboek over hoe het grootzeil omhoog moet erbij gehaald moest worden. We hebben net bijna 3 weken alleen op het voorzeil / de genua gevaren. Met een optimaal windje stuiven we met dik 8 knopen richting Guadeloupe. Het is druk in de cockpit, de mannen verdringen zich om een plekje. En terwijl Felix de mogelijkheden bespreekt om gewoon nog keertje op en neer naar Marie Galante te gaan, bak ik mijn laatste baksel hier in de keuken: apple crumble van onze laatste appels uit Gran Canaria.
Die laatste 15 mijl zitten er met deze snelheid zo op (voorstel van Felix is verworpen) en het laatste stukje door het kanaaltje naar de haven is maar een uurtje. Dus rond 13:00 zetten wij voor het eerst sinds 3 weken weer voet op land. Gelukkig wordt niemand van ons landziek, want er moet gewerkt worden: wassen van de boot, wassen van de kleding, poetsen van het chroom en de binnenkant. En ik kan je vertellen: dan is het warm in de Carieb. Die “relax”-mentaliteit moeten we ons snel eigen gaan maken, want tegen al dit zweten kan ik niet opdrinken. Effe pauze en lunchen, dat hebben we dan verdiend. Eerst inklaren op het havenkantoor en dan trakteert onze kapitein ons op het eerste maaltje in 3 weken dat ik niet heb hoeven maken. Alleen daardoor smaakt het al geweldig. Als Eric zijn koude cola ziet komen, begint ie een heel klein beetje te kwijlen. Jonathan had zich erg op een hamburger verheugd, maar dit blijkt maar een heel klein exemplaar. De hoeveelheid frietjes maken het weer goed. Bovendien hebben ze hier wifi! Al onze telefoon zuigen die MB’s naar binnen want honderden mails en tientallen what’s-apps verstoppen de aanvoerlijn. Niemand wil onbeleefd doen, maar we zien allemaal nieuwsgierig naar berichten van het thuisfront, dus er wordt heel coulant omgesprongen met telefoon-staren tijdens het eten.
Hoe lekker we ook zitten, we willen graag vandaag de boot weer in supervorm hebben. Dus terug aan de arbeid. En dan, als eindelijk alles gedaan is en je je zoooo ontzettend vies en plakkerig voelt, mag je douchen! De havendouches zijn prima, hoewel ze bij de heren blijkbaar niet warm worden. Veel warm water is niet nodig, maar dit was wel erg koud op de verhitte bolletjes. Ik echter, leef me helemaal uit onder die zalige-zo-lang-als-ik-wil-straal. Als een nieuw mens meld ik me weer aan boord. En niks te laat, want Felix laat zijn goede manieren zien door ons op een thank-you-dinner te trakteren. De zon is al een tijdje onder (niet zo moeilijk hier, want het is erg vroeg donker) als wij naar een leuk restaurantje vertrekken. Hier eten we echt superlekker! Iedereen zit te smikkelen, dus de thank-you-gedachte komt hier volledig tot bloei. Maar erg laat maken we het niet: heul moe!
Donderdag 19 december drop ik de laatste berg was (het beddengoed van Felix en onze hut) bij een dame die hier haar beroep van gemaakt heeft. Ik heb de kosten-baten analyse gemaakt en dit is een veel betere optie dan zelf lopen pielen met bergen was, rijen andere dames, slechte drogers en wat al niet meer. Morgen klaar; daar houd ik van. Daarna ga ik verder met het inpakken van onze tassen en binnen nog wat laatste opruim / schoonmaakklussen. Eric en Felix pakken ondertussen een taxi naar het vliegveld. Daar staat voor ons een autootje klaar. We krijgen weer een supermooi exemplaar. Een maatje groter dan besteld en betaald. Dat komt deze keer extra goed uit, want ik had maar een klein gebakje besteld. Had er 2 maanden geleden niet op gerekend dat Felix ook op Guadeloupe zou zijn. Maar dat pakt nu dus allemaal perfect uit. Daarna rijden ze naar ons appartementje om de sleutel op te halen. Eigenlijk zouden we al gisteren komen, maar de eigenaar is echt Caribisch-relaxed en heel flexibel met inchecken.
Als ik al een tijdje klaar ben met mijn resterende klusjes, komen Eric en Felix binnen. Eric blijkt een flinke jaap in zijn voet te hebben omdat hij precies langs / op de scherpe rand van een betonnen trapje in gestapt bij het huisje. Dit heeft flink gebloed. Haaaaa! Kan ik eindelijk mijn EHBO-diploma en verbandtasje te voorschijn halen. Eerst effe ontsmetten, inmiddels bloedt het niet meer, dus een grote pleister is voldoende. Alleen de plek, recht onder zijn voet, is vervelend voor de genezing. We houden er een scherp oog op!
Een vroege lunch en dan laden we al onze spullen in de auto. Met Felix gaan we een rondje eiland doen en dan zetten we hem af op het vliegveld. Hij neemt dus afscheid van Jonathan, want die blijft op de boot. Wij komen morgen weer even terug naar de haven, maar voor nu heeft onze kapitein zijn bootje weer voor zichzelf. Dat moet ook wel even lekker zijn.
Guadeloupe blijkt een eiland met files, veel files. Eigenlijk niet heel gek als je de vorm ziet: een vlinder. Als je ergens naar toe wilt, dan kom je heel erg vaak door het midden (het lijfje) van de vlinder. Daar rijdt het verkeer dan ook niet lekker door. Maar ja, we zijn in de Carieb, dus relax! We tuffen naar de linkervleugel van het eiland, want Felix (die mocht kiezen waar hij heen wilde, omdat hij er maar 1 dagje is) wil naar het regenwoud en een meertje daar. Het blijkt een prachtige keuze. In het regenwoud is alles supergroen en groot. Hoge bomen, groooote bladeren en supermieren. We kijken onze ogen uit. Op de terugweg proeven we nog van de lokale rum (niet voor Eric natuurlijk, die moet rijden) en worstjes. Als we Felix hebben uitgezwaaid, scoren we nog een brood bij de supermarkt. In ons appartement eten we wat en dan na een superdouche naar bed, we zijn heel moe.
De volgende dag is een dagje dat weer helemaal voor onszelf is. Dat is toch ook wel weer fijn. We besluiten een rondje te maken over de rechtervleugel van het eiland. We zijn nog steeds op zoek naar die bakken met toeristen die hier moeten zijn. We rijden tot aan St Francois, waar het wel wat drukker is met bezoekende Fransen. Een andere taal dan Frans hoor je hier bijna niet. We gaan zitten op een terrasje met biologisch verantwoorde smoothies (duur, maar lekker) en goede wifi! In ons appartement is de wifi matig en we moeten nog wat dingen regelen. Niemand heeft ooit zo lang over een smoothie gedaan….
Als alles geregeld is, lopen we weer een stukje het stadje in. Heel leuk stukje hier. En omdat het toch lunchtijd is, gaan we weer zitten op plastic stoeltjes bij een enorme BBQ. Hier eten we superlekker een stuk kip en vis. Dit voelt heel Caribisch. Als we uiteindelijk verder rijden belanden we ook nog bij een markt. Hier verkopen ze vooral veel groentes en zelfgemaakte gerechten. We proberen een soort koek / cakeje, sorbet ijs dat op traditionele wijze gemaakt wordt en kopen een mini-ananas. Iedereen is supervriendelijk! Het helpt wel dat we een beetje Frans spreken. Om 17:00 uur zijn we weer in de haven om de was bij het vrouwtje op te halen. Die droppen we bij Jonathan op de boot. Eric helpt nog om het gerepareerde zeil weer te hijsen. Hoewel er alleen een naadje los was, blijkt het zeil flink onder handen te zijn genomen door de zeilmaker. Jonathan is niet met alle oplossingen even blij, dus het zeiltje gaat nog een keertje terug. We gaan nog een drankje drinken en dan stappen we weer in de auto, terug naar ons appartement.
Op zaterdag starten we lekker rustig op. De voet van Eric gaat goed. Hij moet de komende dagen nog wel voorzichtig aan doen, maar dan zal het goed genezen. We gooien ons eigen laatste was in de auto en gaan weer naar de haven. Jonathan gaat vandaag naar huis en we brengen hem naar het vliegveld. We komen iets eerder om dat wasje te doen en nog even de wifi te gebruiken. Dat loopt soepel en om 14:00 uur nemen we afscheid van onze kapitein op het vliegveld. Wij gaan nog een rondje maken over de Noordkant van de rechtervleugel. Dat moet nog heel authentiek zijn. Vinden wij een beetje tegenvallen, maar het lokale kokosnoot-ijs met rum is zalig. We pikken nog wat ge-BBQ-d vlees op bij een afhaalpunt. Op ons terrasje eten we dat lekker op met de laatste Spaanse wijn.
Zondag is de laatste dag op Guadeloupe. We moeten weer terug naar de haven, want we moeten nog een sleutel inleveren (en de borg ad EUR 50,- terugkrijgen). Ook hier pikken we nog even wifi mee. We merken dat we toch erg onthand zijn als we dat niet hebben. Zeker na 3 weken op de oceaan, hebben we wat dingen in te halen. Als alles weer gedaan is, gaan we naar het Museum Mémorial ACTe. Het thema is hier Slavernij en het museum staat goed aangeschreven. Blijken we ook nog met onze neus in de boter te vallen: in de maand december is de toegangsprijs verlaagd van EUR 15,- naar EUR 5,- pp. Het is inderdaad een mooi museum, waar je met een koptelefoontje rondloopt in een taal naar keuze. Wij missen echter een beetje structuur en diepgang op sommige punten, terwijl op andere stukken weer heel veel informatie wordt gegeven. Maar dat is natuurlijk heel persoonlijk. Tegen de lunch zijn we uitgekeken en geluisterd, scoren we een brood en gaan we siësta houden in ons appartement.
Rond 16:30 uur gaan we nog even naar het stadje Le Moulle. Daar wordt een muzikaal spektakel voorbereid, dus daar wachten we nog even op. Ondertussen smullen we van ChiChi (churos), Bokit (zelfgebakken broodjes met vulling) en Coco-ijs. Als dan de muziek start, blijkt het meer kerk / kerstmuziek en niet de salsa waarop we gehoopt hadden. We hadden het misschien kunnen weten want de locals kwamen allemaal met klapstoeltjes aanzetten en niet met hun dansschoenen. We kijken het even aan en gaan dan terug. Morgen vroeg op!
Op maandag 23 december is het tijd om afscheid te nemen van Guadeloupe. Om 7:00 uur starten we ons autootje om in een half uurtje, via de bakker en het tankstation, naar het vliegveld te rijden. We parkeren en dan moeten we even zoeken. Waar is de brievenbus voor de autosleutel? Check! Waar moeten we inchecken? Check! Nee, toch geen check…. Een vriendelijke dame vertelt ons dat ons vliegtuig naar San Domingo / Dominicaanse Republiek vertraging heeft. Hoe lang is nog onbekend. Dat is wel een probleem, want onze aansluitende vlucht naar Havana / Cuba geeft ons 2 uur en 45 minuten speling. Dat leek ruim genoeg, maar nu? Er zit niets anders op dan te wachten. Gelukkig komt onze vlucht na een half uurtje op de borden, de verwachte vertrektijd is een uur later. Nou, dat moet nog lukken. Opgelucht leveren we onze tassen in. De dame achter de balie vertelt ons dat we een snack mogen gaan halen op kosten van de luchtvaartmaatschappij. Nou, dat laten wij ons geen 2x zeggen. Met een broodje en wat te drinken in de airco met goede wifi wachten we het uurtje extra. De vertrektijd wordt nog met een kwartiertje opgerekt, maar wij verwachten in 1,5 uur ook de overstap te kunnen maken.
In het vliegtuig krijgen we zelfs een lunch. Natuurlijk stelt dit culinair technisch niet veel voor, maar dit zijn we niet meer gewend. Dus altijd grappig. Na 2,5 uur vliegen komen we aan op Santo Domingo. We vragen even naar de tijd en dan blijkt dat we nog 45 minuten hebben om over te stappen: OEI!!!! We moeten met z’n allen in een rijtje wachten tot iedereen is uitgestapt, dat duurt nu natuurlijk heul lang. Ik loop even naar voren, waar een dame van het vliegveld staat. Ze spreekt alleen Spaans, maar als ik op mijn briefje wijs, snapt ze wel waar ik naar toe wil. Ik moet echter terug in de rij en wachten. Eric en ik zien weinig actie, maar we kunnen ook niets doen. Dus we sjokken in slakkengang uiteindelijk, in dat rijtje, maar achter de dame aan. Als we het gebouw binnen komen, zie ik een bord “transfer” staan. Meteen stuif ik op dames af die daar staan. Onze ganzenmoeder, die nog steeds haar kuikentje in de rij wil houden, komt persoonlijk op me af om me terug in de rij de managen, maar wij gaan nergens heen. De dames helpen ons gelukkig meteen. Ze spreken Engels, snappen het probleem en we worden persoonlijk begeleid, via een shortcut, naar een balie. Daar worden we ingecheckt door een andere dame, die ons verzekert dat we de vlucht nog gaan halen. Als we dan onze boardingpas krijgen, zijn we helemaal blij. Blijkt dat ook dit vliegtuig iets later gaat, we hebben nog 40 minuten. Om te vieren kopen we een koude cola! Wat zijn we opgelucht.
Enige zorg die we nog hebben is onze bagage. De vriendelijke dame is daar wel mee bezig geweest, maar ja…. Als we naar het vliegtuig lopen, blijkt het een kleintje te zijn. Eric vindt het superleuk. We kijken meteen even of we misschien onze tassen op de band zien staan. Dat is niet het geval, maar ze waren natuurlijk al bezig met inladen voor wij kwamen. In het vliegtuig blijkt mijn stoel al bezet, maar de steward regelt een andere plek voor ons. Hoef ik niet te staan. Naast ons zit een Cubaanse chirurg en zijn vrouw. We kletsen even en Eric krijgt meteen een Cubaanse sigaar aangeboden. Niet voor in het vliegtuig natuurlijk, maar voor vanavond. Dat is wel super aardig. We vliegen nu in een dikke 2 uur naar Havana, klaar voor een moeilijke procedure om het land in te komen.
Als we aankomen staat er inderdaad een rij, maar die valt best mee. Bovendien zit er ook wel beweging in. Enige dingetje is dat de douanebeambte van onze rij om een of andere reden niet iedereen aan haar loketje wil. Ze pikt zo eens iemand uit de rij en die mag dan komen, dat kan ook iemand uit de rij naast ons zijn. Ook vooraan staan is geen garantie. Ik ben snel aan de beurt, gewoon omdat ik natuurlijk gezellig ben. Ik moet mijn paspoort en visum overhandigen, vertellen met welke vlucht ik ben geland (uhhhhh) en de ziektekostenverzekeringspapieren laten zien. Dan krijg ik een stempel en klaar. Eric moet wat langer wachten, maar dan is ie ook snel klaar. We gaan naar de bagageband, waar de bagage net gelost wordt. We wachten, en wachten, en wachten. Niks! Allebei onze tassen zijn er niet bij. Er staan echter nog meer mensen, dat is dan toch wel een beetje fijn. Een vrouw van de luchthaven vertelt ons dat niet alle bagage in het ruim paste en dat dus niet alles is meegekomen. We moeten naar de Lost & Found. Nou, geen keuze, daar sluiten we aan in de rij (want er waren meer mensen die een deel van hun bagage niet hadden). De chirurg en zijn vrouw staan er ook. Omdat het zo lang duurt, vragen we hen om even te bellen met ons Casa Particular (B&B) om te zeggen dat we later zijn. Dit doen ze graag, dus ondanks dat we verder helemaal niets hebben, echt helemaal niets aan kleding, ondergoed of toiletartikelen, kunnen we in ieder geval slapen. Natuurlijk zeggen ze altijd dat je wat spul in je tas moet doen, als ondergoed en je tandenborstel, maar daar zijn we met al dat reizen van de laatste jaren een beetje laks in geworden….. Als we dan eindelijk onze bagage als vermist hebben opgegeven, kunnen we verder. Het is inmiddels 19:00 uur en we zijn kapot. Eerst nog even geld wisselen. Pinnen blijkt niet betrouwbaar op Cuba, dus we hebben genoeg EURO’s meegenomen om te wisselen. Dit gaat zonder rij en redelijk soepel. Dan gaan we naar buiten en zoeken een taxi. Eric weet dat de gele taxi’s de officiële zijn, dus daar beginnen we maar mee. Ook geen rij hier, we kunnen meteen mee. Eric onderhandelt vet en voor CUC 20,- (ongeveer EUR 20) worden we in een half uur voor de deur van onze Casa afgezet. Het is even kijken of we wel goed zitten en waar de bel dan zit, maar we worden vriendelijk geholpen door de langslopende Cubanen.
Het blijkt dat we inderdaad goed zitten, maar voor vannacht is onze Casa overboekt en heeft de eigenaar een kamer om de hoek geregeld. Prima! Hij loopt met ons mee en samen met de eigenaar van deze Casa laat hij ons alles zien. Het is een superschoon appartement, in een oud huis. We hebben het voor onszelf. Superfijn! We krijgen meteen uitleg waar we morgen wat toiletspullen en kleding kunnen kopen. Dan gaan ze weg en lopen wij even naar buiten voor wat te eten. We zijn vooral moe, dus als we een pizzatentje vinden, halen we een pizza en wat drinken af en eten dit rustig op in ons appartement. Dan gaan we lekker naar ons bedje. Wat een dag…… Morgen maar eens kijken hoe we dit gaan oplossen.
Kijk, nu staat Cuba niet erg hoog genoteerd in de lijst van landen waar je makkelijk A. beschikt over wifi en telefoon en B. winkels vindt waar je snel even een tandenborstel, -pasta, deo, shampoo, onderbroek, sokken en een ‘t-shirtje koopt. En dat hebben we vandaag wel gemerkt.
We beginnen met het oplossen van punt A. Blijkt dat we in de B&B gewoon gebruik mogen maken van de telefoon. Wifi werkt hier alleen op bepaalde pleinen / zones. Om connectie te maken, moet je een kraskaart kopen waarmee je een uur op internet kan. Beetje erg omslachtig en dit blijkt voor punt A ook niet nodig. De hele dag ben ik aan het bellen, bellen en bellen. Oh, en wachten, wachten, wachten. Op de luchthaven heb ik nog het telefoonnummer gekregen van een dame van de luchtvaartmaatschappij die ons zou kunnen helpen en, heel belangrijk, Engels spreekt. Dit alles blijkt waar! Ze moet natuurlijk e.e.a. uitzoeken, geeft aan dat we wat spullen kunnen kopen en later declareren en dat we later even terug kunnen bellen. Poeh, dat is al fijn. Nu nog op inkoopjacht, deel B. We lopen wat heen en weer en vinden een soort van Kruidvat the Cuban-way. Na een klein uurtje zijn we dus een tandenborstel (fijn!!!!), -pasta, deo en shampoo rijker. We betalen Nederlandse prijzen, dus voor Cubanen is dit waarschijnlijk echt luxe (het zijn westerse merken). Meteen even terug naar de B&B om die tandenborstel en deo te gebruiken.
Dan op pad voor de kleding. Ze hebben wel wat, maar vaak maar een of een paar maten. Vooral ondergoed en sokken worden per stuk verkocht, waarvan dan maar 1 maat in een vitrine ligt. Deze vitrine is precies zoals bv. juwelen in Nederland worden uitgestald. En van elk onderbox is er 1 maat. Kwestie dus van geluk hebben. In de eerste shoptrip, lukt het mij om een poloshirtje te vinden. Dan is het tijd om weer te bellen met de dame van de luchtvaartmaatschappij.
Bellen, in gesprek, Bellen, in gesprek, Bellen: Hé, daar is ze dan. Maar niet met goed nieuws. Zij kunnen namelijk helemaal niet terugvinden dat onze koffers überhaupt in Santo Domingo zijn aangekomen. Poep! Dat is heel slecht nieuws: waar zijn in hemelsnaam onze tassen dan? Nou, ik moet maar bellen met de luchtvaartmaatschappij van het eerste deel van onze reis, Guadeloupe naar Santo Domingo. Ze heeft wel een nummer voor me. Bellen, in gesprek, Bellen, in gesprek, Even de luchthaven proberen, in gesprek, Bellen: Hé daar is ze dan. Ze snapt het probleem, gaat het uitzoeken en ik kan over een goed uur terugbellen. Dat geeft ons mooi tijd om de rest van de kleding te gaan zoeken. We lopen rond en vinden weer een soort warenhuis met ondergoed-vitrine. En warempel, hier slagen we voor 2 onderbroeken en 2 paar sokken. Dan is het even tijd voor lunch. Eric neemt een hamburger en ik een broodje kip in een soort van Amerikaanse Diner. Dan kunnen we er weer tegenaan. Bellen, in gesprek, Bellen: Hééé, zo snel al! Ze heeft alleen geen nieuws. Omdat ze niet direct voor de luchtvaartmaatschappij werkt, verloopt het allemaal nogal traag. Morgenochtend kan ik terugbellen. SLIK, gaan we onze spullen nog wel terugzien? Het zijn natuurlijk maar spullen, maar onze zeiljacks zitten in de tas en mijn nieuwe sandaaltjes en de reisgidsen en….. Ik probeer de luchthaven maar weer eens, dat was immers de afspraak. Bellen, Bellen, Bellen, maar ik hoe lang ik ook probeer: niemand.
Dan maar weer even naar buiten. We vinden uiteindelijk een shirt voor Eric. Dat shoppen voelt ook wel een beetje vreemd. Omdat het toch schaars is hier, heb ik een beetje het idee dat we het “afpakken” van de Cubanen. Maar ja, het is ook weer niet dat wij hier shoppen voor de fun. Als we een beetje door “onze” buurt rondscharrelen, wordt Eric ineens aangesproken door een plaatselijke kapper. Eigenlijk lopen we al weer door, maar Eric moet wel dringend naar een kapper. We hebben mijn knip-spullen thuis gelaten, dus hij wist dat ie het avontuur aan moest gaan. Dus waarom niet hier? We lopen terug en Eric komt een prijs overeen. Blijkt wel flink wat hoger dan de kapper normaal krijgt, maar dat horen we pas achteraf (10x zo veel!!!). En voor Nederlandse begrippen is het nog een koopje. Eric neemt plaats in de stoel en ik leg precies uit hoe ik het hebben wil. Die arme kapper durft geen knip te zetten, zonder mij aan te kijken. Maar we werken prima samen, dus uiteindelijk ziet Eric er weer supernetjes uit. Bovendien komt ook het scheermes tevoorschijn voor de precieze afwerking en de wenkbrauwen worden met gel in shape gebracht. Eric is weer helemaal het menneke.
We wandelen nog wat rond en dan besluit ik dat ik de eerste dame nog maar eens ga terugbellen om te vragen of ze er rekening mee gehouden heeft dat wij een snelle incheck hebben gehad vanwege de vertraging en dat misschien niet alles goed in het systeem staat. Bellen, Bellen, Bellen… ik sta waarschijnlijk ergens op de zwarte lijst ofzo, want er wordt niet meer opgenomen. Maar een kwartier nadat ik het heb opgegeven, belt ze terug en geeft een ander nummer door. Dat belt de huisbaas meteen voor ons en dan blijkt dat onze koffers morgen om 19:00 uur op het vliegveld zullen zijn. Maar dat alles weet ze, zonder onze namen te vragen….. Voelt dus nog helemaal niet goed.
Hoewel we vandaag echt geen fijne dag hebben, leren we Cuba wel van dichtbij kennen. Onze B&B ligt net buiten de toeristische zone en dus lopen we de hele dag tussen de echte Cubanen. Ze zijn allemaal zo ontzettend aardig, doen hun uiterste best om ons te helpen. Geduldig luisteren ze naar ons Spaans / Gebarentaal en als ze een beetje Engels spreken doen ze dat ook meteen met veel plezier.
Omdat we zo laat en veel geluncht hebben, is de trek ‘s avonds nog niet terug. Ik neem nog een tosti / broodje van een bakkertje. Deze is geprijsd in Pesos. We hebben verhalen gehoord dat wij spullen die in de locale munt, de Pesos (in tegenstelling tot de andere munt CUC (uitgesproken als: CoeC)), niets zouden kunnen kopen. Maar als ik het vraag, blijkt dat toch geen enkel probleem. Ze rekenen gewoon het bedrag in Pesos om naar CuC. Het blijft natuurlijk vreemd dat er in een land 2 muntsoorten in omloop zijn. Erg verwarrend is het ook, omdat je goed moet opletten of iets in CuC of Pesos geprijsd is. En daarna moet je ook de juiste munten terugkrijgen. De Pesos zijn veel minder waard dan de CuC, 1 CuC is ongeveer 25 Pesos. Als je dus 1 Peso terugkrijgt in plaats van 1 Cuc scheelt dat nogal. En de Cubanen zijn niet te flauw om dit af en toe te proberen bij toeristen. Opletten dus. Maar bij dit bakkertje loopt het allemaal soepel en ik kan mooi mijn broodje eten. Daarna naar de B&B en naar bed, hopend op een kerstwonder morgen.
Ik begin kerstochtend, na het geweldige ontbijt in de B&B weer met bellen. Eerst de dame die vertelde dat onze koffers vandaag zouden arriveren. Ik wil toch even checken hoe ze dat zo kan weten zonder meer gegevens. En om zo maar naar het vliegveld te rijden is een dure grap, zo’n EUR 50,- retour. Dan blijkt dat ze nog niet weet welke koffers er zullen aankomen. We kunnen het beste even rond 19:00 uur bellen, dan weet ze precies welke koffers er staan. Niet ideaal natuurlijk, want we weten nog steeds niet of ze onze koffers (die immers misschien niet eens in Santo Domingo waren) er zullen zijn. Maar ja, iets anders kunnen we ook niet. Ook bel ik nog met de mevrouw van onze eerste luchtvaartmaatschappij, maar die neemt weer niet op. Dan hebben we gedaan wat we kunnen en is het tijd om Havana te gaan verkennen. We wandelen naar Oud-Havana en slenteren daar lekker rond. De reisgids hebben we niet, dus lukraak wandelen we rond. Het is erg leuk en er staan heel mooie gebouwen. Veel zijn ook al opgeknapt, waar in “onze” wijk alles vervallen lijkt. We pikken nog een terrasje mee en lunchen in een tentje dat aanbevolen wordt door onze huisbaas. Enorme portie pasta voor EUR 3,-. Boodschappen in de winkel zijn duur, maar in restaurants hoeft het niet veel te kosten. Dat geeft wel te denken: er moet een hele marktwerking zijn, waar wij niets van zien of weten.
Gelukkig doen ze ook aan doggy-bags, want van die berg pasta die over is, kunnen we vanavond nog makkelijk eten. Wel blijken we bij het betalen geflest te worden met de Pesos – CuC omwissel truc. Maar Eric heb je er niet zo makkelijk tussen: hij roept de serveerster ter verantwoording en dan krijgen we het juiste bedrag terug. Het scheelt geen tientallen Euro’s, maar zoals Eric zegt “ik bepaal graag zelf hoeveel fooi ik geef”. Daarna lopen we nog even langs een bakkertje voor 2 gebakjes. Die kunnen we dan vanavond opeten: OF om te vieren dat we onze tassen terug hebben OF om ons verdriet weg te eten. Ook hier proberen ze een paar centen aan ons te verdienen. Hoewel je moet leren dit met een lach op te pakken, is het wel vermoeiend dat je telkens zo moet opletten. We krijgen daar vast nog wat meer handigheid in. Bovendien krijgt Eric bij de B&B nog wel wat respect. Hij vertelt dat we voor CUC 20,- met een gele (officiële) taxi naar de B&B zijn gekomen. Dat was hoogst ongebruikelijk! Het was altijd CUC 25 – CUC 30. Wat een onderhandelaartje heb ik toch.
Na de lunch, inmiddels is het 15:00 uur, is het tijd om even rustig aan te doen en te wachten tot 19:00 uur, tot we kunnen bellen. Om 18:00 uur krijgen we echter al een telefoontje van iemand die bij ons in het vliegtuig zat; hij heeft net gehoord dat zijn koffers terecht zijn. Ik dus ook meteen bellen. De mevrouw gaat meteen voor ons kijken…. superspannend…..en…. JAAAAAA!!!! Onze tassen staan er. Onze huisbaas regelt meteen een taxi voor ons. Wat een feestje. Blijkt de taxi ook nog een Dodge 1956 te zijn in een zeer goede staat. We wilden al een ritje maken in zo’n oldtimer en nu mogen we er dik een uur in zitten. Onze huisbaas regelt dat de taxichauffeur op ons blijft wachten, terwijl wij de tassen ophalen. Dit is een superdeal, want er kan best een wachtrij zijn op het vliegveld voor een taxi terug. We genieten van het ritje, maar kunnen ook nog niet helemaal blij zijn. Eerst zien…..
Eenmaal bij de “Lost & Found” aangekomen, moeten we weer in de rij: wachten! We mogen ook niet met de eerste lichting van mensen naar binnen: wachten! Maar dan zijn we aan de beurt en als we de aankomsthal binnenlopen, zien we ze staan: ONZE TASSEN!!!! WE HEBBEN ZE!!!! We zijn zo blij! Eigen onderbroekjes en shirtjes, zeiljacks en Pirate Game! We pakken onze tassen en laten ze niet meer los. Natuurlijk moet er nog administratie gedaan worden, maar dan lopen we trots naar buiten. Blijkt dat de mensen van de eerste lichting nog steeds staan te wachten tot ze hun koffers daadwerkelijk mee mogen nemen. Ze snappen dan ook niet dat wij al trots naar buiten stappen met onze dierbare spulletjes. Heel vervelend voor hen, maar wij gaan er vandoor! We waren een beetje bang dat de taxichauffeur het lang wachten vond, maar hij is natuurlijk een Cubaan en is alleen maar heel blij voor ons. Ook bij de B&B aangekomen, is er een klein feestje. Iedereen heeft zo meegeleefd met ons. Wij eten onze opgewarmde pasta, onze feestgebakjes en nemen dan een lekkere douche met onze eigen douchegel. Wat een dag! Morgen moeten we weer verder trekken, maar het vervoer moet nog geregeld. We zien wel: we hebben onze tassen tenminste terug!
Marion
Veel plezier op Cuba!!