Op maandag 30 december gaat onze bus naar Havana om 14:00 uur. We mogen tot die tijd gewoon in onze Casa blijven. Omdat daar ook wifi is, regelen we wat voor ons avontuur in Mexico en doen vooral rustig aan. We bestellen een taxi voor 12:00 uur naar het centrum. Het is niet ver, maar de weg is slecht. En om mijn tas de hele weg te dragen….. Met een echte oldtimer (Ford uit 1948, maar wel een beetje een rotte bak met blauwe rook, met Toyota-stuur, televisie en extra – modern – ventilatierooster) worden we in het centrum afgezet. Een restaurantje met wifi, lunch en een toilet en het is zo 13:30 uur. We lopen naar de bus, die al klaarstaat. We zijn de eersten, leggen de tassen in het ruim en stappen vast in. Hier is airco en zijn er zachte stoelen: Op naar Havana!

De bus blijkt nogal een schommelbus. Volgens Eric door gebrek aan stabilisatie. Je mag het noemen wat je wilt, maar we zitten dus 3 uur lang te wiebelen van links naar rechts. Het helt echt best over, dus van rustig zitten is geen sprake. Maar goed, ook daar komt een eind aan. We bereiken ongeveer volgens schema (uurtje te laat vertrokken, god weet waarom) Havana. In het centrum kunnen we uitstappen. Daar weten we inmiddels de weg, we gaan immers naar dezelfde Casa. Daar worden we weer vriendelijk onthaald door onze mannen en krijgen dezelfde kamer. Heel fijn weer! We zetten onze spullen neer en lopen nog even Havana in voor een hapje avondeten. Dan lekker naar bed.

Museum van de Revolutie, met de vluchtwagen inclusief schietgaten

Voordat we Viñales verlieten, werden we nog gewaarschuwd door onze gastvrouw daar: “In Havana zijn de mensen ECHT heel anders. De mensen in Havana zijn er alleen maar op uit om je geld afhandig te maken. Niet zoals in Viñales, nee, echt heel anders!” Dit hadden we ook al van iemand anders gehoord. Maar wij zijn natuurlijk al een paar dagen in Havana geweest en onze indruk was eigenlijk dat in Viñales continue alles aan je wordt opgedrongen. Op de avond dat we aankomen in Havana, lopen we door de winkelstraat omdat onze reistas (weer!!) op de naad heeft losgelaten. Vorige keer heeft Eric het nog op de boot met een stevige naald voor zeilen kunnen maken, geleend van de kapitein. Maar nu hebben we alleen een heel klein setje bij ons. We zoeken dus een stevige naald en goede draad. We vinden een winkel die potentieel deze spullen zou kunnen verkopen, een soort fourniturenwinkel. Geen Engels natuurlijk, dus wij over op Spaans-met-gebaren. De man achter de toonbank is zo vriendelijk! Hij opent alle verpakkingen voor ons, om te laten zien hoe dik die naald is. Uiteindelijk vinden we een matrasnaald, deze is wel halfrond van vorm, maar Eric ziet meteen dat het goed is. De man is heel verbaasd over onze keuze, maar vindt het prima en is blij dat wij blij zijn. Een klosje draad is zo gevonden en dan mogen we dus alleen de draad afrekenen. Superblij lopen wij de winkel uit. Eenmaal in de Casa vraag ik aan de mannen of ik van de wasmachine gebruik mag maken. Geen probleem, geef die was maar, dat regelen zij. Ik vraag even wat het kost, want in wij-willen-niet-aan-toeristen-verdienen-Viñales was er een prijslijst per item: sokken CUC 0,30, t’-shirt CUC 0,50 enz. Onze mannen kijken me aan of ik gek geworden ben: ze doen dit gewoon graag voor ons! Inmiddels is ons eerdere gevoel dus wel bevestigd: Geef ons Havana maar! 

Capitolio in Havana

Ik slaap aardig, maar daar kan de kamer niets aan doen. In Viñales heb ik een stevige verkoudheid opgelopen. Nu loop ik de hele dag te snotteren. In een land met gebrek aan veel, zijn zakdoekjes erg moeilijk verkrijgbaar. Dus is het geransoeneerd snuiten. We hebben wel extra ingeslagen op Guadeloupe, maar niet gerekend op dit snot-festijn. Elk servetje dat ik krijg, wordt meteen zakdoekje. Toiletpapier is ook erg schaars, dus dat geen oplossing. We zien wel…. 

Het ontbijt is wel weer geweldig. Veel vers fruit, dus voldoende vitamientjes. Dan lopen we naar de Hop-on-Hop-off-bus. Nu inderdaad zo’n rood geval zonder dak. Havana is erg groot en warm, dus dit is een prettige manier om toch een mooi rondje te maken. We betalen CUC 10,- pp en mogen instappen. Vergeten een petje mee te nemen en armen in te smeren… maar dat is nu te laat. Als we rijden is het wel lekker koel. We stappen uit bij het enorme kerkhof in Havana. Hier liggen ook de bekende mensen (de namen zeggen we niet echt iets, maar bekend zijn ze wel is me verzekerd). We lopen het kerkhof op en worden dan teruggeroepen: betalen! Nou ja! Betalen voor een kerkhof? Dat doen we dus echt niet! Er zijn zoiets als principes. Ik betaal niet voor toegang tot een kerk en ook niet voor een kerkhof. Idioot gedoe! Vanaf de dak van de bus, kun je al een prima indruk krijgen, daar doen we het mee. We stappen dus weer op de bus en maken het rondje af. 

Monument van de Revolutie

We lunchen in het centrum en halen een flesje wijn en wat lekkers voor vanavond. Het is immers 31 december vandaag. Een slechte dag om een varkentje te zijn in Cuba. Ze worden geslacht en aan het spit geregen, want geroosterd varken is het traditionele einde-jaars-maal hier. Slachten kan overigens gewoon op straat, de darmen in de goot en het bloed spuit je gewoon later van de stoep. De Cubanen snappen niet goed waarom wij hier even bij staan kijken. Heel gewoon toch?

Zo vind je een Wifi-zone: veel mensen op trapjes met hun telefoon in de weer

Wij duiken nog in de rode bus voor een rondje. De zon is onder aan het gaan en het is een stukje aangenamer, hoewel we nu dus wel onze petjes en zonnebrand gereed hebben. Als we weer terug zijn, is het ongeveer 18:00 uur. Met 6 uur tijdsverschil, is het dus middernacht in Nederland. We loggen even in op internet om wat appjes te sturen. Dan terug naar onze B&B. De mannen vragen of we met hen willen mee-eten vanavond. Dat is nog eens een mooi aanbod: we nemen het graag aan. We krijgen een echt traditioneel Cubaanse eindjaarsmaaltijd: een soort oliebollen, maar dan hartig, een soort aardappelpuree, salade, zwarte rijst en natuurlijk het geroosterde varken. Geen compleet varken, want we zijn maar met 5-en, maar er is meer, meer dan genoeg. Wij zetten onze wijn op tafel en bieden het lekkers aan als toetje. Kunnen we toch een beetje bijdragen. De wijn is overigens absoluut niet van de kwaliteit die we gewend zijn, terwijl de prijs flink genoeg was. Voor een kleine EUR 10,- heb je in Nederland een aardige fles. Hier in Cuba is wijn een luxe, kun je kiezen uit 2 flessen (wit of rood) en is ie eigenlijk te oud om goed te kunnen zijn. Maar het gaat om het idee…..

Oudjaarsdiner in Casa

Na het eten lopen we nog even rond in Havana, maar ruim voor 24:00 uur zijn we terug. We zijn gewaarschuwd: niet om 24:00 uur op straat lopen. Traditie wil namelijk dat de Cubanen dan vanalles van het balkon naar beneden gooien: water, bier (in fles), eieren of gewoon afval. Dit doen ze om het kwaad het huis uit te gooien. Als je dan toevallig daar loopt, krijg je het gewoon op je kop. Niet ideaal dus. Wij staan dus om 24:00 uur op het balkon en kijken hoe onze gastheren water en eieren naar beneden gooien. Dan krijgen we nog een glaasje cider (de champagne van hier) en toasten we op een goed 2020. Niet veel later kruipen we ons bedje in. De slaapkamer ligt helemaal binnen in het huis, dus van alle harde muziek op straat, horen wij weinig en slapen als roosjes.

Nieuwjaar en wij staan om 10:00 uur weer buiten op straat. We lopen langs het museum van de Revolutie, waar buiten allemaal tanks en vliegtuigen staan. Als Eric alles bekeken heeft, lopen we langs de boulevard. Gelukkig is de zee rustig vandaag, want een week geleden was de zee onstuimig en spatten de golven gewoon op de boulevard. Dan zou dit een erg zoute ervaring zijn geweest. Nu lopen we tot we de grootste ijswinkel van de wereld (volgens de Cubanen zelf) hebben gevonden. We waren al gewaarschuwd: je moet naar boven en niet in de rij op de begane grond gaan staan. We vinden inderdaad een trapje naar boven en kunnen meteen plaatsnemen voor een ijs. Het ijs is aardig, maar in Nederland kennen we zeker betere adresjes. Toch is het een must om even te doen.

Grootste ijssalon van de wereld volgens de Cubanen

Daarna wandelen we via een park, dat niet open is, naar een lunchplekje bij onze Casa in de buurt. Het is inmiddels 14:30 uur, dus wel tijd voor wat eten, terwijl we eigenlijk nog niet zo veel honger hebben. Dan even opfrissen in onze Casa, lekker hoor zo’n douche na al dat gezweet van de wandeling en geplak van de zonnebrand. Omdat wij vandaag 22 jaar bij elkaar zijn, willen we wel wat speciaals doen vanavond, maar veel honger hebben we niet. Van onze huisbazen krijgen we de tip van een café in de buurt. Dit blijkt een schot in de roos. Met een dikke cocktail en een groot bord aan hapjes genieten we van live-muziek, terwijl we toasten op ons. 

Op 2 januari gaan we weer door: Trinidad. Deze stad ligt op 6 bus-uren van Havana. Om naar het busstation te komen (7 km van de Casa), hebben we de Casa gevraagd om een taxi te regelen. Een knal-roze oude Amerikaan met open dak komt precies op tijd voorrijden. Weer een belevenis! We krijgen een dikke knuffel van onze gastheren en gaan op weg. Deze keer gaan we met de busmaatschappij Viazul, een staats-busorganisatie. En als het van de staat is, moet je in de rij. Hoewel we onze tickets al gekocht hebben, moeten we toch inchecken, dus in de rij. Het gaat vrij vlot en na een toiletbezoekje gaan we op zoek naar de bus. Iedereen is erg behulpzaam. Tot we de bus gevonden denken te hebben: we worden teruggestuurd en moeten weer in de rij. Daar wachten tot we onze koffers kunnen inchecken. Wat een vreemde procedure, we kunnen de koffers toch zelf in de bus zetten? Maar goed, duimen dat we ze deze keer weer gewoon terugzien, want het trauma zit nog hoog. Dan doorlopen en voor een dichte busdeur weer in de rij. Uiteindelijk mogen we instappen. Laten we zeggen dat de bus niet nieuw is…… Volgende keer zouden we zeker niet weer kiezen voor Viazul, maar voor het meer praktische Transtur. Voor nu is het een kwestie van instappen en zien hoe ver we komen.

Ritje naar het busstation in een mooie roze oldtimer

En we komen heel ver. Onderweg stoppen we voor de lunch, wat bij een 7 uur durende reis niet gek is. Een buffetrestaurant, waar vooral kip met rijst in de bakken zit. Hmmm, dat slaan we even over en we eten onze vanmorgen gekochte broodjes lekker op een bankje in de schaduw. Na de afgesproken 45 minuten, gaan we inderdaad verder en via 3 tussenstops zijn we uiteindelijk om 18:00 uur in Trinidad. Terugkijkend zijn we nu eigenlijk best tevreden over de gang van zaken. Het ging allemaal heel bureaucratisch van start, maar de reis zelf verloopt rustig, met 2 chauffeurs die elkaar afwisselen. De koffers krijgen we ook gewoon terug, hoewel een van de chauffeurs nog wijst op de fooienpot. Tsja, dan ben je bij Eric aan het verkeerde adres. Onze Casa is heel dicht bij dit busstation, dus we wandelen het terrein af: zo in de armen van wel 20 taxichauffeurs en 30 Casa-verhuurders. “No, gracias! No, gracias! No, gracias!. Dat zijn de woorden die we hier (op Cuba in het algemeen) het meest gebruiken. Je wordt er flink moe van, maar als je er vriendelijk bij lacht, ben je het eerst van ze af. Maar na dik een week en een busreis van 7 uur, vraagt dat wel wat van je……

We lopen in 1x goed naar de Casa en worden vriendelijk onthaald. De eigenaar spreekt zelfs een beetje Engels, waardoor de check-in extra snel gebeurd is. We krijgen een heel nette kamer, met super matrassen en eigen badkamer. Voordeel van deze Casa is dat je ook lekker buiten kunt zitten. Ze hebben er allemaal zitjes en schommelstoelen (heeft echt ieder huis hier!) neergezet. Maar voor nu hebben we honger! We lopen naar een tip van de eigenaar, maar hier moeten we wachten op een tafeltje en zijn de prijzen aan de Europese kant. We lopen terug naar een tentje wat we eerder hebben gespot en daar smikkelen we van groentesoep (joepie, groenten!!!!), frietjes en lamsvlees en 2 sigaartjes van het huis. Daarna lekker onder de (goede) douche en op bedje liggen met de ventilator aan. Mijn verkoudheid lijkt iets te zijn weggetrokken, dus hopelijk lekker slapen vannacht.